Begin juli 2024 maakte UWV de gedifferentieerde premie WGA voor 2025 bekend. De WGA premie verschilt per bedrijf. Zo heeft bijvoorbeeld de sector waarin een bedrijf werkzaam is invloed op de premie, maar ook de uitkeringen die aan (ex-)werknemers worden betaald. De gemiddelde WGA premie laat een lichte stijging zien van 0,77% in 2024 naar 0,83% in 2025. Wat betekent deze premiestijging voor werkgevers? We vragen het Jack Hoek, productmanager WIA-verzekeringen en expert WGA eigenrisicodragen bij Nationale-Nederlanden.
“Werkgevers hebben rondom de WGA (zie kader hieronder) twee keuzes: publiek verzekerd zijn bij UWV, of eigenrisicodrager zijn. Werkgevers die publiek verzekerd zijn, betalen een premie. Vanuit het potje van deze premie worden de WGA-uitkeringen van werknemers die daar recht op hebben betaald. Dat geldt voor de WGA-uitkeringen gedurende de eerste tien jaar: deze worden gezamenlijk betaald door publiek verzekerde werkgevers.
De WGA-uitkeringen vanaf het elfde jaar worden betaald vanuit het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof). Met dit fonds worden verschillende inkomensuitkeringen betaald. Ook werknemers die recht hebben op een IVA-uitkering (zie kader hieronder) krijgen uit dit fonds een uitkering. Alle werknemers betalen een premie voor het Aof, dus zowel werkgevers die voor de WGA publiek verzekerd zijn als eigenrisicodragers.
Kies je ervoor om eigenrisicodrager te zijn? Dan draag je het WGA-risico zelf. Je betaalt dan de eerste tien jaar de uitkering van je werknemers. Een andere keuze is om het financiële risico over te dragen aan een verzekeraar. Je betaalt dan premie aan de verzekeraar die de WGA-uitkeringen vergoedt. Ook ben je als eigenrisicodrager verantwoordelijk voor de re-integratie van je werknemers. Een verzekeraar ondersteunt je vaak bij de re-integratie van zieke werknemers."
WGA staat voor Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten. Dit is één van de twee soorten uitkeringen die horen bij de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen). Werknemers kunnen in aanmerking komen voor een WGA-uitkering als ze na 2 jaar ziekte volledig, maar niet duurzaam arbeidsongeschikt zijn. Dat betekent dat ze in de toekomst mogelijk weer (meer) kunnen werken. Ook werknemers die gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn kunnen recht hebben op een WGA-uitkering. De andere uitkering die hoort bij de WIA is de IVA (Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten). Deze uitkering is er voor werknemers die niet of nauwelijks kunnen werken en er een kleine kans is op herstel.
“Het premiepercentage dat een werkgever betaalt, hangt af van de hoogte van de loonsom van het bedrijf. Er zijn drie loonsomgroepen waartoe een bedrijf kan horen: klein, middelgroot of groot. Een klein bedrijf betaalt een premiepercentage dat gekoppeld is aan de sector waarin het is ingedeeld. Dit heet de sectorpremie. Alle kleine bedrijven binnen dezelfde sector betalen dezelfde sectorpremie. Naar schatting is de premie in 2025 gestegen voor 83% van de kleine werkgevers die publiek verzekerd zijn.
De premie voor grote werkgevers zit anders in elkaar. Zij betalen een individueel premiepercentage. Dat bestaat uit een gemiddeld premiepercentage plus een individuele opslag of korting. Het bedrag aan uitkeringen dat aan (ex-)werknemers van het bedrijf wordt betaald, heeft invloed op de hoogte van het individuele premiepercentage. Dus: hoe lager het bedrag aan uitkeringen, hoe lager het individuele premiepercentage. Hoe hoger het bedrag aan uitkeringen, hoe hoger het individuele premiepercentage. Het premiepercentage voor middelgrote bedrijven is een gewogen gemiddelde van de sectorpremie waarin het bedrijf is ingedeeld en de individuele premie van het bedrijf.”
“Voor het berekenen van de premies voor 2025, kijkt UWV naar de gebeurtenissen in 2023. Dat heet het omslagstelsel. Er zijn een aantal redenen waarom de premies gestegen zijn. De WGA-instroom is toegenomen, waardoor de uitkeringslasten gestegen zijn. Ook is het minimumloon de afgelopen jaren gestegen. Daardoor vallen de uitkeringen hoger uit.
Voor werkgevers die publiek verzekerd zijn, betekent deze stijging dat ze meer premie kwijt zijn om hun werknemers voor de WGA te verzekeren. Het verschil in premie tussen publiek verzekerd zijn bij UWV en eigenrisicodragers wordt met de stijging kleiner. Dat betekent dat het voor sommige werkgevers, die publiek verzekerd zijn, interessant kan zijn om te kijken naar het eigenrisicodragerschap."
“Deze maatregel zorgde ervoor dat de UWV premies het afgelopen jaar minder hard gestegen zijn. Normaal gesproken stijgt de WGA-premie voor een middelgrote of grote werkgever, als zijn werknemers instromen in de WGA. De uitkeringen van 60plus werknemers die instromen in de WGA worden niet toegerekend aan de werkgever. Dat is omdat de maatregel ervoor zorgt dat een aantal werknemers een hogere uitkering krijgt, dan wanneer de maatregel er niet zou zijn. De tijdelijke maatregel 60plus loopt af op 31 december 2024.”
“UWV geeft aan dat ze eerder inzicht geven in hun premies, om werkgevers meer tijd te geven om een keuze te maken voor het starten of beëindigen van het eigenrisicodragerschap. Werkgevers moeten dat uiterlijk 1 oktober 2024 doorgeven, om per 1 januari 2025 eigenrisicodrager te worden of beëindigen."
Persoonlijke begeleiding vergroot de kans dat een werknemer minder arbeidsongeschikt wordt
“Het eigenrisicodragerschap is voor werkgevers die graag zelf de regie willen voeren. Als eigenrisicodrager ben je verantwoordelijk voor je zieke werknemers en je (ex-)werknemers in de WGA. Als eigenrisicodrager heb je grip op de kosten voor arbeidsongeschiktheid en re-integratie én draag je zorg voor je (ex-)medewerkers. Voor privaat verzekerden eigenrisicodragers is het daarnaast mogelijk om meer maatwerk te leveren bij de verzuimbegeleiding en re-integratie. Een casemanager ondersteunt werkgevers bij langdurig verzuim. Persoonlijke begeleiding vergroot de kans dat een werknemer minder arbeidsongeschikt wordt.”
“We vinden het positief dat het verschil in premie tussen publiek verzekerd zijn bij UWV en eigenrisicodragers kleiner wordt. Zo ontstaat er een betere balans in het hybride stelsel. Hiermee bedoelen we de keuze die werkgevers maken: publiek verzekerd zijn bij UWV, of eigenrisicodrager zijn. Omdat de premiepercentages van UWV en private verzekeraars dichter bij elkaar komen, komt de nadruk meer te liggen op wat de keuzes inhouden rondom re-integratie. Of UWV is daarvoor verantwoordelijk, of de werkgever zelf.
We zien dat bepaalde maatregelen leiden tot grote verschillen in premiepercentages tussen UWV en private verzekeraars. Zoals de extra verhoging van het minimumloon in 2023 en de 60plus maatregel. Dat komt omdat UWV het omslagstelsel gebruikt, en verzekeraars juist vooruit kijken bij het bepalen van het premiepercentage. In 2017 ging de Wet verbetering hybride markt WGA in. Het doel van die wet is om meer evenwicht te brengen tussen publiek verzekerden en eigenrisicodragers. Maar we zien dat grote verschillen alsnog voorkomen. Misschien is het eens tijd om na te denken over aanpassingen in de Wet verbetering hybride markt WGA om deze punten aan te pakken."
Voor werkgevers is dit een goed moment om na te denken over het eigenrisicodragerschap
“Voor werkgevers is dit een goed moment om na te denken over het eigenrisicodragerschap. Werkgevers die interesse hebben in het eigenrisicodragerschap, kunnen met deze premies de financiële risico’s van het eigenrisicodragerschap tegenover publiek verzekerd zijn op een rijtje zetten. Samen met hun adviseur kunnen ze op die manier een goed afgewogen keuze maken.”
Bij Nationale-Nederlanden delen we graag inzichten over het verkorten en voorkomen van verzuim. Ook blijf je via ons op de hoogte van de politieke ontwikkelingen. En de impact hiervan op de sociale zekerheid en onze inkomensverzekeringen. Meer weten over onze oplossingen voor werkgevers en werknemers? Bekijk dan bijvoorbeeld de verzuimverzekering en de module WGA Eigenrisicodragen.