Bert: "Alsof je door een bevroren ruit heen kijkt. Dat is wat ik zie. Licht en donker dus. Hoe meer licht er is, hoe minder ik zie. Ik ben geboren met het Syndroom van Rieger. Lang had ik ongeveer dertig procent zicht, en daarmee zag ik alles. Ik had een kantoorbaan, een gezinsleven met mijn vrouw en twee dochters, hield van hardlopen en fietsen. Ik wist dat ik op een dag mijn zicht zou kunnen verliezen, maar dat het zo hard zou gaan, had niemand verwacht. Ineens kreeg ik steeds meer ongelukjes. Toen ik tijdens het hardlopen een mountainbiker te laat zag, besefte ik: dit komt niet meer goed.
Elke dag iets minder
Drie jaar geleden kreeg ik een hoornvliestransplantatie. Mijn zicht was bijna helemaal weg. Na die operatie zag ik weer vijf procent. Dat klinkt weinig, maar was voor mij veel. Ik kon weer fietsen, zag de twinkeling in de ogen van mijn dochters. Ook al zijn ze nu in de twintig, dat beeld is onbetaalbaar. Maar helaas, ongeveer tien weken na die operatie was mijn zicht praktisch weer weg. Blijvend.
Elke dag minder kunnen zien, voelt als rouwen
Dat ik mijn eigen kinderen niet meer kon waarnemen, vond, en vind ik, het ergst. Het voelt als rouwen als je elke keer iets minder ziet. Ik werd er verdrietig van. En ook down: wat had het allemaal voor zin? Kon ik mijn leven nog zelf invullen? Ik schakelde hulp in van een psycholoog. Mijn vrouw zei: 'Je hebt altijd hardgelopen, waarom ga je niet op een loopband rennen?' Ik vond het eng, was bang om eraf te vallen. Buiten hardlopen zag ik ook niet zitten. In ons dorp ken ik elk paaltje en met mijn geleidehond maakte ik nog wel wandelingen. Maar zelfs dan kon ik verdwalen en raakte ik in paniek.
Hardlopen slecht voor je knieën? Waar of niet waar? Lees alle fabels en feiten over hardlopen.
Verdriet eruit rennen
Uiteindelijk schafte ik toch een hardloopband aan. Ik moest iets doen om uit dat zwarte gat te komen. Op een dag stapte ik erop. Eerst een paar stapjes, steeds iets meer en sneller. Doodeng in het begin, maar het ging! Rennen gaf voldoening. De boosheid over mijn gezichtsverlies rende ik op die manier van me af. Toen één van mijn dochters vroeg of ik met haar mee wilde trainen voor een hardloopwedstrijd, vond ik dat heel spannend. Maar iets in mij wilde ervoor gaan. We zeiden: 'We gaan het proberen, maar verwachten er niks van. We zien wel.'
NN Running Coach
Wil je net als Bert ook gaan hardlopen? En wil je wat hulp? Met onze digitale NN Running Coach krijg je meteen antwoord op al jouw hardloopvragen. Of het nou gaat over voeding, je training of het juiste materiaal.
Geen smoesjes
De eerste keer buiten was verschrikkelijk. Ik was zo bang om ergens tegenaan te lopen. We kozen voor een lange, rechte weg, met weinig verkeer. We hadden allebei een koord vast, zodat ik kon voelen waar ze liep. We spraken commando’s af, zodat ik weet hoe de weg loopt: 'Bocht rechts, bocht links.' Bij een smal fietspad: 'Sporen.' Dat is het teken om achter elkaar te lopen. Mijn dochter wilde het graag goed doen, en het was zelfs gezellig. Eenmaal thuis zei ze: 'Volgende week gaan we weer, geen smoesjes.'
Als ik ren kan ik het bos niet zien, maar ik voel het wel. Ik ruik de bomen, hoor de vogels
Langzaam breidden mijn dochter en ik de hardlooproutes uit. Meer bochten, smallere weggetjes, door het bos. Sindsdien ben ik blijven rennen. Met mijn dochters of een andere buddy, een koortje tussen ons in. Dan geniet ik van de geluiden, de wind op mijn gezicht, het stofje dat vrijkomt als het lekker soepeltjes gaat. Soms voelt het alsof ik vlieg.
Wie: Bert Tichelaar (54)
Mooiste hardloopmoment: ‘Zoveel! Afgelopen zaterdag liepen mijn dochters met me mee. Dat gaf zo’n fijn gevoel. We doen het samen, trots. Een van mijn dochters zei: “Jammer dat mama niet meeloopt, anders waren we met z’n vieren.” Precies dat gevoel: we zijn samen een eenheid.’
Gouden hardlooples: ‘Als ik ’s avonds op de bank zit en mijn benen nog na tintelen.’
Tips voor beginners: ‘Laat je niet kisten, kijk niet naar het onmogelijke, maar kijk naar de mogelijkheden. Gaat er iets fout: sta op, evalueer en ga weer door.’
Nationale-Nederlanden steunt sinds 2018 Stichting Running Blind. Deze stichting maakt het voor mensen met een visuele beperking mogelijk om veilig hard te lopen, zoals Bert. En om deel te nemen aan evenementen.
Opstaan en verdergaan
Hardlopen heeft mij veel gebracht. Vorig jaar kon ik in een vreemde omgeving in paniek raken. Mijn ademhaling schoot omhoog, nadenken lukte niet meer. Dan voelde ik schaamte, alsof ik mislukt was. Op sommige dagen voelde het alsof ik niks meer kon. Hardlopen gaf me veel zelfvertrouwen. Van niet de loopband durven naar wedstrijden rennen. Stapje voor stapje probeer ik nieuwe dingen.
Als ik tijdens het hardlopen in de sloot ren, sta ik op en ga verder
Ik vertrouw nu meer op andere mensen en durf de regie uit handen te geven. Vroeger dacht ik dat ik een last was. Nu besef ik: hardlopen is ook voor mijn buddy gezellig. Door het zelfvertrouwen kijk ik ook verder: in mei ga ik met mijn dochters parachutes springen. Ik laat me niet meer uit het veld slaan. Als ik nu tijdens het hardlopen in de sloot ren, omdat de buddy me dat niet op tijd aangaf, sta ik op en ga verder.
Tijd voor een halve
Ik sta er elke dag minder bij stil dat ik niks zie. De scherpe randjes van het verlies gaan eraf. Ik weet nu dat ik ook zonder zicht een leven heb dat ik mag invullen. Ik kan mijn oude baan niet meer uitoefenen, maar werk als masseur in de salon van mijn vrouw. Elke dag sta ik even op de hardloopband. En met een buddy train ik twee of drie keer in de week in de buitenlucht. Ik doe binnenkort mee met een kwart marathon en aan De Zevenheuvelenloop. Volgend jaar wil ik een halve of een hele marathon lopen. Dat laatste zou voelen alsof ik uit de kast ben gekomen, zo van: ik ben er weer, óók met minder zicht.’
Meer inspirerende verhalen in deze serie lezen? Check dan het verhaal van Danique: ‘Mijn diëtist zei, als je zo doorgaat, word je niet oud.’