23 juni 2022
Deze vraag houdt steeds meer beleggers en economen bezig. De afgelopen weken nam de inflatieangst op de beurzen namelijk sterk toe. Een combinatie van diverse ontwikkelingen heeft een negatieve impact op de wereldeconomie. Zoals de sterk stijgende energie- en voedselprijzen en de hogere rentes. En ook de voortdurende verstoring van de aanvoerketens en de oorlog in Oekraïne. De belangrijkste centrale banken, de FED en de ECB, moeten de hoge inflatie terugdringen. Tegelijkertijd proberen ze de (groei van de) economie niet te veel af te remmen.
Er is sprake van een recessie wanneer de economie van een land tijdens twee achtereenvolgende kwartalen krimpt. Dit wordt gemeten aan de hand van het bruto binnenlands product (BBP). Veel analisten verwachten na de recessie door de pandemie, een nieuwe recessie. Bij het beteugelen van de inflatie met renteverhogingen, zal de ECB op z’n hoede moeten zijn. De hogere rentes kunnen landen met hoge schulden en kwetsbare economieën hard raken. Met name in enkele Zuid-Europese landen.
In het verleden waren er regelmatig recessies. Deze zijn er in vele vormen. De duur en diepte van de economische terugval zijn hierbij bepalend. Van een milde en/of een kortdurende recessie zullen centrale banken niet schrikken. En hun huidige verkrappende beleid gewoon voortzetten. Tenzij hun monetaire aanpak echter tot grote economische problemen dreigt te leiden. Zoals vraaguitval bij consumenten, erosie van bedrijfswinsten of fors oplopende werkloosheid. Dan zullen de centrale banken de renteverhogingen pauzeren of zelfs de rente verlagen.
Om de inflatie te bedwingen, streven centrale banken naar een ‘zachte landing’. Dit is een zeer lage economische groei, echter ruim onder het lange termijn-gemiddelde. De inflatie zal dan dalen, maar niet zo snel als bij een ‘serieuze’ recessie. Vooralsnog is er geen reden tot paniek. De meeste analisten verwachten een milde recessie aan het einde van dit jaar. De komende weken gaan uitwijzen of de centrale banken een zwaardere recessie nodig hebben. Waarmee de inflatie op een aanvaardbaar niveau komt.
Een rentecurve is omgekeerd (invers) als de korte termijnrentes boven de lange termijnrentes liggen. Dit is een zeldzaam verschijnsel, dat zich in de afgelopen maanden een korte periode voordeed in de Amerikaanse obligatiemarkten. Zo steeg de korte rente (2-jaars) harder dan de lange (10-jaars). Vooral door de renteverhogingen van de FED. Historisch gezien hebben inverse rentecurves in de VS vaak een recessie tot gevolg. Na een periode van circa één jaar.
Inmiddels is de rentecurve in de VS weer wat genormaliseerd. Al is het onzeker voor hoelang. In andere regio’s in de wereld, vertoont de rentecurve nog het gebruikelijke verloop. Waaronder in de eurozone. Overigens is de relatie tussen de curve en de economie zowel in de eurozone als in andere regio’s in de wereld, historisch gezien minder sterk.
Het verleden leert dat aandelenbeurzen in periodes dat de economie krimpt, meestal goed blijven liggen. Dit komt omdat de financiële markten vooruitlopen op de reële economie. De beurzen pieken vaak ver voor een recessie begint. En bereiken een dieptepunt ruim voordat de recessie over is. Tijdens de financiële crisis in 2008-2009 was dat ook het geval. De wereldwijde aandelenmarkten daalden circa zes maanden voor het begin van de recessie. En startten hun herstel vier maanden voordat de recessie officieel eindigde.
Dat wij eind 2022/begin 2023 te maken krijgen met een recessie lijkt onvermijdelijk. De centrale banken staan dan ook voor een duivels dilemma. Wij verwachten dat ze het risico van de ‘hogere inflatie’ verkiezen boven een diepe recessie. Dat betekent dat zij eventueel het monetaire beleid weer omgooien, als deze situatie zich voordoet.
De aandelen- en obligatiemarkten hebben dit jaar een forse daling doorgemaakt. Het sentiment is zeer negatief en er is al veel ‘recessienieuws’ in de koersen verwerkt. Wij zien daarom op dit moment geen aanleiding het risico in de modelportefeuilles verder af te bouwen.
Olaf Arends
Senior Investment Manager