Ontvang je van ons een variabele Persoonlijke Pensioenuitkering? De uitkering daarvan verandert ieder jaar. Hierna lees je meer over de verdeling van je pensioenuitkering in een basisdeel en een beleggingsdeel. Daarna leggen we uit waardoor je pensioenuitkering uit het beleggingsdeel elk jaar verandert.
Basisdeel
Met een deel van je pensioengeld beleggen we niet. Dit is het basisdeel. Uit het basisdeel betalen we een deel van je pensioenuitkering (‘de uitkering uit het basisdeel’). Dit deel van je totale pensioenuitkering staat vast en wijzigt niet.
Beleggingsdeel
Met het andere deel van je pensioengeld beleggen we wel. Dit is het beleggingsdeel. Uit het beleggingsdeel betalen we het andere deel van je pensioenuitkering (‘de uitkering uit het beleggingsdeel’). Dit deel van je totale pensioenuitkering verandert jaarlijks.
Ieder jaar berekenen we de hoogte van de pensioenuitkering uit het beleggingsdeel voor het volgende jaar. De hoogte van de pensioenuitkering uit het beleggingsdeel hangt af van:
Rente
Elk jaar wanneer we je pensioen uit het beleggingsdeel opnieuw berekenen, heeft de rente invloed op de hoogte van je uitkering. We kijken dan wat de actuele rente is. We gaan daarbij uit van de ‘rentetermijnstructuur pensioenfondsen’ die De Nederlandse Bank maandelijks publiceert. Bij een lage rente kun je minder pensioen aankopen dan bij een hoge rente. Is de rente gedaald ten opzichte van een jaar eerder? Dan heeft dat dus een negatief effect op de hoogte van de uitkering. Is de rente juist gestegen, dan is dat effect positief. We noemen dit het renterisico.
Een voorbeeld: Het pensioen dat we het afgelopen jaar aan je hebben uitgekeerd was berekend met een rente van 3%. Stel dat de rente een jaar later gedaald is naar 2%. Dan heeft dat een negatief effect op de hoogte van je pensioenuitkering voor het komende jaar.
Vaste daling
We laten je uitkering uit het beleggingsdeel hoger beginnen dan bij een vaste uitkering. Dit komt doordat we je pensioen berekenen alsof de uitkering ieder jaar met een bepaald percentage (de vaste daling) daalt. Dit doen we omdat we verwachten dat je beleggingen een positief resultaat hebben die de daling goedmaakt. Er zijn wettelijke regels over hoe hoog de vaste daling mag zijn. Daarom moeten wij de vaste daling soms aanpassen.
Als we de vaste daling verlagen, dan heeft dat een negatief effect op je pensioenuitkering. Als we de vaste daling verhogen dan heeft dat juist een positief effect op de uitkering die je ontvangt.
Waarde van de beleggingen
Zijn de beleggingsresultaten hoog genoeg om de rente en de vaste daling van het afgelopen jaar te compenseren? Dan kan de uitkering uit het beleggingsdeel gelijk blijven of stijgen. Je uitkering kan dalen als de beleggingsresultaten tegenvallen.
Een voorbeeld: stel, het pensioen is berekend met een rente van 3% en een vaste daling van 1%. Dan moeten je beleggingen in dat jaar ten minste een positief resultaat van 4% hebben om je pensioen gelijk te houden of te laten stijgen. Zijn in dit voorbeeld de beleggingsresultaten lager dan 4%? Dan daalt hierdoor je uitkering.
Hiervoor hebben we uitgelegd wat het effect is van de rente, de vaste daling en het resultaat van beleggingen op jouw uitkering. In de praktijk hebben ze alle drie tegelijk effect op je uitkering. Soms versterken die effecten elkaar, soms heffen ze elkaar op.
Let op! Belangrijk is dat je weet dat de hoogte van je toekomstige pensioenuitkeringen uit het beleggingsdeel niet alleen afhankelijk is van beleggingsresultaten.
Bijvoorbeeld: je beleggingen kunnen tegenvallen en de vaste daling niet compenseren (negatief effect), terwijl de rente stijgt (positief effect). Afhankelijk van hoe groot de effecten zijn, kan je uitkering in dat geval stijgen of dalen. Je moet ze dus altijd alle drie samen bekijken.
We kunnen je op verschillende manieren helpen.
Bereikbaar maandag t/m vrijdag van 9.00 tot 17.00 uur. Houd rekening met een wachttijd.
Met een onafhankelijk adviseur kijk je samen naar welk product bij je past.